HST, calcium en osteoporose… hoe zit het nu echt?

Oestradiol remt de botafbraak, stimuleert de botaanmaak en houdt de calciumhuishouding in balans. Ook wanneer er voldoende calcium en vitamine D3 is en geen enkel tekort aan andere vitaminen en mineralen, zal zonder voldoende 17β-oestradiol (in samenwerking met voldoende progesteron), alsnog botontkalking ontstaan.17β-oestradiol is de ‘metselaar met inzicht’.

Hoe zit het nu precies met HST, calcium, botontkalking en osteoporose?

Eerst over botontkalking en osteoporose

Bio-identieke hormoontherapie (17β-oestradiol gecombineerd met bio-identiek progesteron) biedt bij vrouwen tijdens en na de overgang niet alleen verlichting van overgangsklachten, maar speelt ook een belangrijke rol in het behoud van botmassa. Voldoende 17β-oestradiol remt namelijk de botafbraak en bevordert de botaanmaak. Zodra de therapie wordt gestopt, valt die bescherming weg en versnelt de botafbraak opnieuw. Kortom, het voordeel voor botgezondheid is tijdelijk en verdwijnt snel na het stoppen met hormoontherapie. Daarom is een beperkte duur van 5 jaar niet bepaald optimaal, zelfs wanneer je alleen kijkt naar osteoporose preventie.

Krijgen alle vrouwen in meer of mindere mate osteoporose?

Niet alle vrouwen krijgen zogenaamde ‘klinische osteoporose’, maar alle vrouwen verliezen botmassa na de overgang door de daling van 17β-oestradiol. Ongeveer 30-50% van vrouwen boven de 50 zal een botbreuk door osteoporose krijgen.

Sommige vrouwen behouden voldoende botmassa en krijgen dus geen echte osteoporose. Factoren die het risico verhogen zijn onder andere een vroege menopauze (< 45 jaar), roken, weinig juiste beweging, onvoldoende gezonde voeding, een laag lichaamsgewicht, erfelijkheid en een chronisch vitamine D3 tekort.

Wat is nodig om botontkalking en osteoporose te voorkomen?

Bot is levend weefsel en wordt voortdurend afgebroken en opnieuw aangemaakt. In een gezond lichaam zijn deze twee in balans, waardoor je botmassa ongeveer stabiel blijft. In de kindertijd en pubertijd is de aanmaak uiteraard groter dan de afbraak door groei. Een zeer geleidelijk botverlies naarmate je ouder wordt is normaal. De intense versnelling vanaf de menopauze kan echter worden voorkomen.

Calcium speelt in zeker opzicht een bijrol

Zeker is voldoende calcium belangrijk, maar calcium wordt ten onrechte als hét wondermiddel gezien, als het om botontkalking en osteoporose gaat. Een combinatie van D3 en calcium wordt regelmatig geadviseerd als ‘oplossing’, zonder rekening te houden met alle andere factoren. Supplementen met calcium worden zelfs verkocht als ‘overgangsmiddel’. “Helpt de gevolgen van de overgang te voorkomen” staat dan als claim op de verpakking. De overgang is een verdienmodel, dus blijf nadenken.

Een té veel aan calcium uit supplementen kan namelijk problemen geven. Het kan vermoeidheid, misselijkheid en spijsverteringsproblemen veroorzaken en wordt op lange termijn in verband gebracht met overgewicht, diabetes, schildklierproblemen, aderverkalking en gal- of nierstenen. En tenslotte, te veel calcium kan botontkalking juist verergeren!

Te veel calcium in het lichaam kan botafbraak verergeren

Teveel calcium verstoort het fijne evenwicht tussen botaanmaak en botafbraak, wat tot juist kan leiden tot verergerde botafbraak.

  • Negatieve terugkoppeling op parathormoon (PTH)

Calcium en PTH regelen samen het calciumgehalte in het bloed. Bij te veel calcium wordt de afgifte van PTH onderdrukt. PTH stimuleert normaal gesproken dat botaanmaak en botafbraak in balans blijven. Bij een verstoorde balans kan het botweefsel minder goed herstellen.

  • Calcium kan direct botcellen beïnvloeden

Osteoclasten (de cellen die bot afbreken) worden geactiveerd door bepaalde signalen die door calcium gereguleerd kunnen worden. Te veel calcium kan via bepaalde routes de activiteit van osteoclasten stimuleren, waardoor ze meer bot afbreken.

  • Verstoring van vitamine D3-metabolisme

Te veel calcium kan de productie van de actieve vorm van vitamine D3 negatief beïnvloeden, maar vitamine D3 is juist essentieel voor calciumopname en botvorming.

  • Hypercalciëmie en nierbelasting

Teveel calcium kan kristalliseren, wat indirect zorgt voor metabole stoornissen die de botstofwisseling negatief beïnvloeden.

Als het gaat om ons lichaam en leven, dan geldt bijna altijd: te weinig is niet goed, maar veel te veel zéker niet. Andersom geldt datzelfde principe. Het zou mooi zijn om dat altijd in je achterhoofd te houden.

Belangrijke mineralen en vitaminen bij preventie van osteoporose

Calcium is daarnaast niet het enige mineraal dat nodig is, op de juiste plek, om botontkalking en osteoporose voor te zijn. Hoewel calcium cruciaal is voor sterke botten, werken meerdere mineralen en vitaminen samen om botontkalking effectief te voorkomen. Daarnaast zijn voldoende eiwitten belangrijk voor spier- en botaanmaak. Eiwitten leveren de bouwstenen (aminozuren) voor collageen, het belangrijkste structurele eiwit in botten en ze ondersteunen osteoblasten (de cellen die bot aanmaken).

Calcium
Functie: bouwsteen van botweefsel.
Bronnen: zuivel, groene bladgroenten, noten en zaden, calcium verrijkte producten zoals plantaardige melk.
Vitamine D3
Functie: verbetert calciumopname in de darmen. Zonder vitamine D3 kan calcium niet goed worden opgenomen.
Bronnen: zonlicht, supplementen.
Magnesium
Functie: stimuleert de aanmaak van botcellen via osteoblasten en activeert vitamine D3.
Bronnen: volkorenproducten, noten, zaden, peulvruchten, groene groenten
Fosfor
Functie: vormt samen met calcium het mineraal hydroxyapatiet in botten. Te veel fosfor, bijvoorbeeld door het drinken van frisdranken zoals energiedrank en cola, kan juist botafbraak bevorderen (wederom: te veel werkt averechts).
Bronnen: zuivel, vlees, vis, noten.
Zink
Functie: nodig voor botvorming en collageensynthese.
Bronnen: vlees, schaal- en schelpdieren, peulvruchten, noten.
Koper
Functie: ondersteunt enzymen die de botstructuur onderhouden.
Bronnen: noten, orgaanvlees, schaaldieren.
Mangaan
Functie: nodig voor aanmaak van bindweefsel in botten.
Bronnen: volkoren granen, noten, ananas, thee.
Vitamine K (vooral K2)
Functie: activeert een eiwit dat calcium in botten bindt.
Bronnen: donkergroene groenten, gefermenteerde producten zoals natto, harde gerijpte kazen, eierdooier.

Zonder 17β-oestradiol geen botaanmaak

Vervolgens is voldoende 17β-oestradiol nodig om calcium op de juiste plaats te krijgen, namelijk ín de botten. Oestradiol geeft de definitie. Zonder voldoende aanwezigheid raakt de balans tussen botopbouw en -afbraak volledig verstoord. Oestradiol remt de botafbraak, stimuleert de botaanmaak en houdt de calciumhuishouding in balans. Ook wanneer er voldoende calcium en vitamine D3 is en geen tekort aan andere vitaminen en mineralen, zal zonder voldoende 17β-oestradiol (in samenwerking met voldoende progesteron), alsnog botontkalking ontstaan.

Naar schatting verliezen vrouwen in de eerste vijf jaar van de menopauze al zo’n 10% van hun botmassa.

Het voorbeeld dat ik vaak gebruik is dit: Zonder voldoende 17β-oestradiol is het alsof er een vrachtwagen stenen en cement in je achtertuin wordt gestort, waarvan je verwacht dat dat vanzelf een aanbouw van je woonkamer wordt. Je hebt echter een metselaar met inzicht nodig. 17β-oestradiol is die metselaar. Ondanks de aanwezigheid van alle bouwstoffen kan je lichaam daarmee niet het juiste doen zonder een voldoende daarvan.

De juiste beweging is belangrijk voor botaanmaak

De beste beweging om botafbraak te verminderen en botaanmaak te bevorderen is een combinatie van:

  • gewichtdragende bewegingen met veel impact (bijvoorbeeld touwtje springen, traplopen, hiken, dansen, tuinieren, stevig dagelijks wandelen)
  • spierversterkende oefeningen en krachttraining.
  • balans- en coördinatietraining als valpreventie voor later (bijvoorbeeld tai Chi, yoga, stabiliteitstraining).

Zelfs op oudere leeftijd kun je nog steeds botmassa opbouwen en verlies van botmassa vertragen met de juiste training. ‘Use it or lose it’!

En hoe zit het dan met mannen?

Ook mannen kunnen osteoporose krijgen, maar het komt minder vaak voor. Ongeveer 1 op de 5 mannen boven de 50 jaar krijgt een osteoporose-gerelateerde botbreuk. Mannen verliezen veel langzamer botmassa naarmate ze ouder worden. Bij mannen speelt testosteronverlies wel een rol, maar het effect op botmassa is minder abrupt dan de oestrogeendaling bij vrouwen.

Mannen rollen na hun 50ste zachtjes van een heuvel, vrouwen donderen dan van een rots af…

Alle vrouwen hebben botontkalking, maar niet alle vrouwen krijgen osteoporose. Hoe zit dat?

Bio-identieke hormoontherapie biedt alleen botbescherming tijdens gebruik, en 5 jaar is uiteraard niet voldoende voor langdurige bescherming tegen botontkalking en osteoporose. De mate waarin dit optreedt is afhankelijk van veel factoren.

Genetische aanleg

  • Sterkte en dichtheid van botten is voor een groot deel genetisch bepaald.
  • Erfelijke factoren bepalen mede hoe snel je botmassa verliest naarmate je ouder wordt.
  • Sommige vrouwen hebben van nature een hogere piekbotmassa (de maximale botdichtheid die je opbouwt rond je 30ste). Die buffer zorgt ervoor dat ze na de overgang nog steeds boven de kritische grens blijven. Is die piekbotmassa juist lager dan is het risico op osteoporose juist groter.

Leefstijl (beweging, voeding, stress)

  • Lichaamsgewicht: vrouwen met een hoger BMI (maar niet extreem) hebben vaak meer botmassa, omdat vetweefsel ook een beetje oestrogeen produceert en omdat het eigen gewicht de botten belast (mechanische stimulatie).
  • Beweging: regelmatig gewichtdragende en spierversterkende beweging en oefening stimuleren botopbouw en remmen botafbraak.
  • Voeding: gezonde voeding met voldoende nutriënten speelt een sleutelrol in botgezondheid.

Hormonaal profiel voor en tijdens de overgang

  • Sommige vrouwen hebben langere vruchtbare periodes met hoge oestrogeenspiegels die een positief effect hebben op het latere leven.
  • Vrouwen met een late menopauze (> 52 jaar) hebben meer jaren met hoger oestrogeen, dus minder botverlies.
  • Vrouwen die een of meerdere zwangerschappen doormaakten, kunnen mogelijk gunstiger beschermd zijn door langduriger hoog oestrogeen.

Risicofactoren ontbreken

  • Vrouwen die geen risicofactoren hebben zoals roken en het gebruik van veel alcohol lopen minder kans op osteoporose. Dat geldt ook voor het niet hebben van chronische ziekten en voor specifiek medicijngebruik.

Niet elke vrouw krijgt dus ‘klinische osteoporose’, omdat niet elke vrouw

  • begint met dezelfde botreserve (piekbotmassa).
  • evenveel botmassa verliest na de menopauze.
  • het hormonaal profiel, leefstijl en genetica het verlies kunnen vertragen of deels compenseren.

Wat zegt Osteoporose Vereniging Nederland

Botbreuken door osteoporose veroorzaken pijn, invaliditeit, verlies van zelfstandigheid en levenskwaliteit en soms zelfs vervroegde sterfte. Er zijn momenteel meer dan 1 miljoen mensen met osteoporose in Nederland. Daarvan is ongeveer 2/3 vrouw en 1/3 man. Jaarlijks breken ruim 105.000 mensen ouder dan 55 jaar een bot als gevolg van osteoporose.’

Statistische gegevens met betrekking tot heupfracturen

Per jaar krijgen in Nederland ongeveer 20.000 mensen te maken met een heupfractuur. Ook hiervan is maar liefst ongeveer 2/3 vrouw en 1/3 man. Daarvan overlijdt naar schatting* 33% binnen een jaar aan de complicaties daarvan. Dat betekent het overlijden van ongeveer 4500 vrouwen. Dat is anderhalf keer het aantal vrouwen dat jaarlijks overlijdt aan borstkanker (circa 3000 vrouwen). Zowel borstkanker (80% van de diagnoses > 50 jaar met een gemiddelde leeftijd van 63) als heupfracturen (90% van de diagnoses > 55 jaar met een gemiddelde leeftijd van 77) treffen met name vrouwen in de leeftijdscategorie na de menopauze.

Deze ‘schatting’ van overlijdens aan de gevolgen van een heupfractuur is een gemiddelde van verschillende bronnen met verschillende cijfers.

2025.08.16 Regien Theuns ~ balancetouch.nl en leefjeleveninbalans.nl